“Op welke manier kan Hoy worden ingezet door docenten van middelbare scholen om de band met ouders te behouden gedurende een pandemie?”
Dit was de onderzoeksvraag waar ik en vier medestudenten ons in een onderzoek mee bezig hebben gehouden voor onze Master aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Om de basis te leggen voor ons onderzoek, hebben we de theorie doorgespit over de relatie tussen communicatietechnologie en ouderbetrokkenheid.
Hieronder vind je de inzichten uit de literatuur met betrekking tot het gebruik van communicatie apps als Hoy en de academische onderbouwing daarvoor. De bevindingen en verbeterpunten die uit ons onderzoek zelf voortkwamen, zijn te lezen in ons vorige blog over het gebruik van deze technologie in de praktijk.
Gebruik van digitale (communicatie)middelen in het onderwijs
In de loop van tijd zijn leraren in het middelbaar onderwijs steeds meer digitale technologieën gaan gebruiken in hun dagelijkse werk (Purcell, Heaps, Buchanan & Friedrich, 2013). Een van deze nieuwe en opkomende technologieën zijn gecentraliseerde communicatietoepassingen die het management van een school, leraren, leerlingen en hun ouders met elkaar verbinden. Het stelt verschillende partijen in staat om met elkaar te communiceren, hetzij rechtstreeks naar een individu, hetzij gericht op meerdere groepen.
Thompson, Mazer & Flood Grady (2015) gebruikten de Media-Richness Theory als basis voor hun onderzoek. Deze theorie stelt dat mensen de neiging hebben om het medium te gebruiken dat het beste bij de diepte van een bepaalde boodschap past. In de tweerichtingscommunicatie tussen leerkracht en ouder werd ‘’gemak’’ door ouders het meest gewaardeerd. Hierdoor hebben ouders steeds meer de voorkeur om via nieuwe digitale communicatiemethoden te communiceren. Als voorbeelden noemen Thompson, Mazer & Flood Grady (2015) de communicatie per e-mail met docenten, evenals andere nieuwe communicatiemethoden zoals sociale media, sms en WhatsApp. Een communicatie app lijkt goed op dit rijtje aan te sluiten.
Belang van ouderbetrokkenheid
Xu & Gulosino (2006) ontdekten dat wanneer docenten de ouders betrekken bij het leerproces vanaf vroege leeftijd van het kind, dit een positieve invloed heeft op de prestaties van de leerlingen (Xu & Gulosino, 2006). Bovendien ondersteunt ouderbetrokkenheid de zelfeffectiviteit en de academische prestaties van studenten (Choi, Chang, Kim & Reio, 2015).
Om deze verbinding te creëren en ouders betrokken te houden, hebben leerkrachten in de loop van de tijd een grotere hoeveelheid digitale technologieën geïmplementeerd, zoals Hoy. Daarnaast toonde een onderzoek naar het belang van ouderbetrokkenheid op scholen aan dat zowel ouders als leerkrachten ouderbetrokkenheid steeds meer waardeerden (Olmstead, 2013). Tevens werd er in dit onderzoek aangetoond dat deze behoefte aan ouderbetrokkenheid groter wordt naarmate de beschikbaarheid van onderwijstechnologieën toeneemt.
Neveneffecten gebruik nieuwe communicatietechnologie
De nieuwe en opkomende technologieën en apps die zijn ontwikkeld om de ouderbetrokkenheid te verbeteren en te vereenvoudigen, kunnen leiden tot onbedoelde gevolgen die in tegenspraak zijn met de beoogde voordelen (Kling, Rosenbaum & Sawyer, 2005; Nworie & Haughton, 2008).
Aan de ene kant hebben technologische ontwikkelingen als het gebruik van internet bijgedragen aan het vermogen van docenten om ideeën te delen met andere leerkrachten, hun vermogen om toegang te krijgen tot online lesmateriaal en hun vermogen om ouders te betrekken (Purcell et al., 2013). Aan de andere kant stelt deze connectiviteit hogere eisen aan het werk van leraren, waardoor er meer werk nodig is om effectief les te geven (Purcell et al., 2013). Bovendien kunnen docenten een scheve balans tussen werk en privé ervaren. Dit komt omdat ze het gevoel hebben dat ze worden gebombardeerd met irrelevante berichten van zowel studenten als ouders, zowel tijdens als buiten hun werkuren (Bouhnik, Deshen & Gan, 2014). Daarom is het des te belangrijker dat apps als Hoy andere kanalen vervangen en docenten weer in control van hun communicatie te maken.
Onderzoek naar verbanden tussen technologie, gebruikers en instituties
Zoals besproken, zijn er tal van aspecten die de relatie en communicatie tussen leerkrachten en hun ouders beïnvloeden. Om de dynamiek en het samenspel tussen de verschillende betrokken actoren beter te begrijpen, is Orlikowski’s structureringsmodel van technologie (1992) gebruikt als theoretische basis. Het model stelt dat de interactie tussen mens en technologie een verandering in instituties kan veroorzaken, die op hun beurt actoren kunnen beïnvloeden.
Enerzijds interacteren ouders en docenten via een technologie en geven ze vorm aan hun gebruik op basis van hun eigen behoeften en de mogelijkheden van de technologie. Op deze manier geven ouders en docenten vorm aan de technologie. De technologie beïnvloedt echter ook de manier van communiceren. Immers, de mens beïnvloedt technologie, en technologie beïnvloedt de mens. Zowel ouders als docenten en schoolleiders koppelen hun ervaringen met Hoy terug aan de ontwikkelaars, waardoor de technologie verbeterd kan worden. Anderzijds speelt het management van een middelbare school (dat kan worden beschouwd als institutie) een rol in de inrichting van de technologie en daarmee in de interactie tussen de ouders en docenten.
Theorie en Hoy in de praktijk
Al met al geeft de theorie de verschuiving aan in het gebruik van nieuwe digitale communicatiemiddelen binnen het onderwijs. Ook stellen verschillende auteurs dat ouderbetrokkenheid van belang is voor het presteren van het kind. Door middel van Hoy wordt een goede ouder-docent band beoogd door de korte lijnen, de laagdrempeligheid en het gebruiksgemak.
De neveneffecten van digitale communicatiemiddelen uit de theorie zijn voornamelijk gefocust op de verhoogde druk van connectiviteit en een scheve werk-privébalans van docenten. Dit is waar Hoy in co-creatie met middelbare scholen een functionaliteit voor biedt om de communicatieve ‘werkdruk’ tegen te gaan. Zo kunnen docenten bijvoorbeeld berichten sturen waar ouders niet op kunnen reageren en kunnen ze aangeven op welke dagen en tijden zij notificaties willen ontvangen. Op deze manier worden de verwachtingspatronen met betrekking tot de responssnelheid naar ouders ‘gemanaged’ en worden zij niet gestoord in hun vrije tijd.
Tot slot benadrukt de theorie een veranderende en voortdurende dynamiek tussen actoren, institutionele eigenschappen en technologie. Deze dynamieken en daarmee bevindingen van het onderzoek, zijn te lezen in de blog ‘’Inzet schoolcommunicatie app tijdens Coronapandemie’’.